Leerplichtbeleid in een notendop

 

Leerplicht betekent dat kinderen verplicht zijn naar school te gaan. Ouders zijn verplicht hen in te schrijven op een school en ze moeten ervoor zorgen dat hun kind ook daadwerkelijk naar school gaat. De ouders worden er dan ook op aangesproken als hun kinderen niet naar school gaan. Bij opzet riskeren ouders (en/of hun kinderen van twaalf jaar en ouder) een boete, krijgen een leerstraf of kunnen zelfs in hechtenis worden genomen.

Voor wie geldt de leerplicht?

De (volledige) leerplicht geldt voor kinderen van 5 jaar tot en met 16 jaar. Om precies te zijn vanaf de eerste dag van de maand nadat een kind 5 jaar is geworden tot het einde van het schooljaar waarin het kind 16 jaar is geworden. Als een kind bijvoorbeeld op 7 november 16 wordt, dan moet hij nog tot het einde van dat schooljaar vijf dagen per week naar school. In het schooljaar waarin het kind 17 jaar wordt is het gedeeltelijk (partieel) leerplichtig. Dat wil zeggen dat hij dan nog minstens twee dagen per week naar school moet. Als hij een praktijkovereenkomst met zijn school en een bedrijf sluit, dan is hij een dag per week verplicht naar school te gaan.

Veruit de meeste kinderen gaan overigens al naar school als ze 4 jaar zijn, maar zij vallen nog niet onder de Leerplichtwet. Voor hen gelden wel de regels die de school voert over aanwezigheid en het volgen van het onderwijs. De schoolregels gelden ook voor leerlingen die niet meer leerplichtig zijn.

Hoe kunt u een kind in- of uitschrijven op school?

Ouders zijn verplicht hun kind(eren) in te schrijven bij een door de wetgever erkende school of onderwijsinstelling. Wanneer hun kind naar een andere school gaat, moeten de ouders hun kind uitschrijven bij de oude school en inschrijven bij de nieuwe school. De oude school wordt ervan op de hoogte gebracht naar welke school het kind gaat. De leerplichtambtenaar controleert de in- en uitschrijvingen.

Vrijstellingen

In een aantal gevallen kunnen kinderen vrijgesteld worden van de leerplicht.

In welke gevallen kunt u extra verlof aanvragen?

De Leerplichtwet kent geen snipperdagen (bijvoorbeeld om een dag eerder met wintersport te gaan om de files voor te zijn), maar in bepaalde bijzondere omstandigheden kunt u wel extra verlof aanvragen. Extra verlof is mogelijk als de volgende omstandigheden zich voordoen:

Bij de volgende omstandigheden wordt geen extra verlof gegeven:

Hoe kunt u extra verlof aanvragen?

Extra verlof kunt u aanvragen bij de school of bij de leerplichtambtenaar. De leerplichtambtenaar beoordeelt elke aanvraag individueel. Om tijd te creëren voor overleg of een eventuele bezwaarprocedure, moet uw verlofaanvraag minimaal acht weken van tevoren bij de directeur van de school binnen zijn. Van deze hoofdregel kan alleen worden afgeweken als een termijn van acht weken niet redelijk is door een bijzondere omstandigheid.

De schooldirecteur is bevoegd een besluit te nemen over een extra verlofaanvraag voor maximaal tien dagen in een schooljaar (aaneensluitend of bij elkaar opgeteld). De leerplichtambtenaar is bevoegd een besluit te nemen over een extra verlofaanvraag voor meer dan tien dagen. Hij doet dit altijd in overleg met de schooldirecteur.

Zowel de directeur als de leerplichtambtenaar is verplicht een besluit te nemen binnen een redelijke termijn. Als de directeur of de leerplichtambtenaar extern advies moeten aanvragen om tot een besluit te komen, dan wordt u hiervan schriftelijk op de hoogte gebracht. U hebt het recht om tegen dit besluit in beroep te gaan.

Vakantie onder schooltijd (bij hoge uitzondering)

De Leerplichtwet stelt heel duidelijk dat vakantie onder schooltijd vrijwel onmogelijk is. Alleen als het gaat om een gezinsvakantie die het gezin niet in de schoolvakantie kan opnemen door de specifieke aard van het beroep van (een van) de ouders kan extra verlof worden verleend. Hierbij moet worden gedacht aan seizoensgebonden werkzaamheden in de agrarische sector en de horeca. In dat geval mag de directeur eenmaal per schooljaar het kind vrij geven (voor maximaal 10 schooldagen), zodat het gezin toch op vakantie kan. Het gaat daarbij om de enige gezinsvakantie in dat schooljaar. De verlofperiode mag overigens niet in de eerste twee weken van het schooljaar vallen.

Bijzondere talenten

Sommige kinderen hebben bijzondere talenten op het gebied van sport of kunst. Als zij iets met hun talenten doen, kan het voorkomen dat zij hiervoor lessen moeten verzuimen. De Leerplichtwet biedt hiervoor echter geen vrijstellingsmogelijkheid. Het is wel mogelijk hierover afspraken te maken met de schooldirecteur, hij kan vrijstelling geven van bepaalde onderwijsactiviteiten. Dit zijn structurele afspraken die jaarlijks bij het begin van het schooljaar worden gemaakt. Incidentele verzoeken om te mogen verzuimen vallen buiten deze regeling. Voor kinderen met een uitzonderlijk talent is het aan te raden hen in te schrijven bij een school voor voortgezet onderwijs die op cultuur of sport geënt is.

Ziekte

Een ziek kind kan niet naar school. Als uw kind ziek is, moet u de school waarschuwen. De wetgever gaat uit van de goede trouw van de ziekmelding. Als de school het vermoeden heeft dat de ziekmelding niet klopt, kan zij de leerplichtambtenaar nader onderzoek laten uitvoeren. Deze informeert bij de ouders en/of de schoolarts naar de achtergrond van de ziekte.

In welke gevallen kan uw kind van school gestuurd worden?

Als leerlingen niet langer op school te houden zijn, bijvoorbeeld omdat ze onhandelbaar zijn of regelmatig geweld gebruiken, dan kunnen ze geschorst of verwijderd worden. Het is van belang dat alle partijen (leerling, ouders en school) de regels en procedures van de onderwijswetgeving en het beschreven schoolbeleid zorgvuldig uitvoeren. Een leerling kan in principe niet van school gestuurd worden voordat er een plaats op een andere school geregeld is.

Een uitzondering; leerlingen van het primair onderwijs (de basisschool bijvoorbeeld) en het beroepsonderwijs kunnen verwijderd worden als de school acht weken zonder succes naar een alternatieve school heeft gezocht. Voor leerlingen in het voortgezet onderwijs geldt deze uitzondering niet: de school moet altijd een alternatieve school regelen.

Wat gebeurt er als uw kind spijbelt?


Als een kind langer dan drie dagen of regelmatig spijbelt, dan zoekt de leerplichtambtenaar uit wat hiervoor de reden is. Hij kan een proces-verbaal opmaken. Ouders en jongeren (vanaf twaalf jaar) riskeren een boete, krijgen een leerstraf of kunnen in hechtenis worden genomen. Bij ‘luxeverzuim’ (extra vakantie onder schooltijd zonder toestemming) is de kans dat ouders of jongeren een proces-verbaal krijgen extra groot.

Als een kind een probleem heeft, en helemaal niet meer naar school wil, dan zoekt de leerplichtambtenaar – in overleg met de school en de ouders – naar een oplossing. De leerplichtambtenaar neemt niet de zorg voor het kind over. Ouders en school zijn en blijven hiervoor primair verantwoordelijk.

Soms schrijven ouders hun kinderen niet bij een school in en/of laten hen niet naar school gaan. Als de leerplichtambtenaar dit ontdekt, kan hij de Raad van de Kinderbescherming inschakelen of maakt hij een proces-verbaal op.

Wat gebeurt er als uw kind de school voortijdig verlaat?

Na het einde van de leerplicht houdt de bemoeienis van de overheid bij de schoolgang van jongeren meestal op. De overheid blijft zich echter verantwoordelijk voelen voor de jongeren die geen opleiding meer volgen en de school zonder diploma hebben verlaten. De rijksoverheid heeft bepaald dat het afronden van het havo-, vwo- of mbo (vanaf niveau 2) voldoende moet zijn om aan de maatschappij deel te nemen.

Regionale melding en coördinatie

Om het voortijdig schoolverlaten aan te pakken is een goed functionerend netwerk van instellingen nodig die nauw met elkaar samenwerken en zonodig naar elkaar doorverwijzen. Om dit netwerk vorm te geven en te ondersteunen, heeft de rijksoverheid de regionale meld- en coördinatiefunctie (verder rmc) ingesteld. De rmc wordt gedragen door samenwerkende gemeentebesturen, in regionaal verband. Het Westelijk Weidegebied van Utrecht vormt sinds 1996 zo’n regionaal samenwerkingsverband.

Woerden is de coördinerende gemeente. Deze acht gemeenten hebben afspraken gemaakt over hoe ze de rmc-functie uitvoeren. Van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) krijgt de regio voor haar werk een jaarlijkse vergoeding. Een van deze afspraken is dat de zorg die voortvloeit uit de Leerplichtwet en uit de rmc-functie naadloos samenhangt.

Trajectbegeleiding

Jongeren die niet meer leerplichtig zijn en niet voldoende opleiding hebben, kunnen begeleiding krijgen van een regionale trajectbegeleider. Onder de naam Leren loont! begeleidt de trajectbegeleider deze jongeren zodat (en totdat) zij in staat zijn zelfstandig hun inkomen te verwerven. Ze worden gestimuleerd om opnieuw naar school te gaan.

Jongeren worden door de leerplichtambtenaar voor trajectbegeleiding aangemeld, en/of worden rechtstreeks door de trajectbegeleider benaderd. De gemeenten registreren voor dit doel, van alle jongeren van achttien jaar en ouder (tot drieëntwintig) welk diploma ze hebben gehaald en/of ze nog op school zitten.

Trajectbegeleiding is niet verplicht. Ze heeft een vangnetfunctie; alleen als andere voorzieningen of mogelijkheden ontbreken, kunnen jongeren hiervan gebruikmaken. Trajectbegeleiding ontslaat de scholen voor voortgezet onderwijs bijvoorbeeld niet van de wettelijke (zorg)plicht zich in te spannen hun leerlingen naar vervolgonderwijs te begeleiden.